maandag 18 april 2011

Karma

Het is zondagavond, en ik zit in de trein naar Groningen. Elke Groninger student weet wat voor slagveld dat is. Ikzelf ben bereid om harde maatregelen te nemen voor een degelijke zitplek, en ik ben niet snel tevreden: bij het raam, vooruit rijden en een tafeltje aan de achterkant van de stoel voor me. Deze keer zit ik in een trein die wegens werkzaamheden veertig minuten stilstaat op station Amersfoort. Het is het acceptabele alternatief voor de bomvolle trein die eerder vertrekt. Maar mijn zitplekje, vlak achter de eesteklas coupé, voldoet aan alle eisen. Ik ben heel tevreden met mezelf.

Al snel stroomt de trein vol. Eerst de stoelen die vooruit gaan. Dan de stoelen die achteruit gaan. Dan gaan mensen naast elkaar zitten. Uiteindelijk zijn ook de balkons vol. Ten slotte druppelen mensen de coupé binnen om daar te gaan staan, of in het gangpad te zitten.

Na twintig saaie minuten komt de trein in beweging. Terwijl ik een boek lees word ik me bewust van de vrouw die naast mijn stoel is komen te staan. Ze heeft wit haar, een breekbaar en enigzins verkreukeld gezicht en witte krullen. Ik probeer verder te lezen, maar het is alsof je een olifant in de huiskamer probeert te negeren. Ik kijk rond en zie een coupé vol mensen die er proberen uit te zien alsof ze het vrouwtje niét nadrukkelijk aan het negeren zijn. Ik zucht. Veertig minuten. Noormaal gesproken ben ik degene die zijn plaats afstaat. Maar ik heb vandaag veertig minuten gewacht, en Groningen is nog ver. Deze keer is iemand anders aan de beurt, probeer ik mijn geweten wijs te maken.

Uiteindelijk is het dan toch een jongen van een jaar of twaalf die zich opoffert. Hij laat de grootmoedige gebaren achterwege. De dame lijkt niet erg dankbaar, eerder verontwaardigd dat er niet eerder een plek voor haar is vrijgekomen. De jongen komt naast mij te staan en leest uit een gekaft boek waar met stift "Nederlands" op is geschreven. Gelukkig hebben we de brugpiepers nog, bedenk ik enigzins gemeen. Een legitiem slachtoffer om je geweten mee af te kopen.

Dan roept de conducteur om dat de trein "nokkie-nokkie-vol" is, en de eerste klas coupé wil openstellen. Mijn brugpieper aarzelt geen seconde; hij gaat direct de deur door en kan het zich gemakkelijk maken op een grote, brede, rode stoel. Bij het raam. Vooruit rijdend. En met een tafeltje. Ik ben tevreden. Soms bestaat karma.

dinsdag 13 juli 2010

Review: Spock's Beard - X

The Guy Who Isn't There

Every generation of progressive rock bands has had The One Great Line-Up Change. The classic 70's age had Gabriel leaving Genesis, the Neo-Prog wave had Fish leaving Marillion and us guys riding the Third Wave now have Neal Morse leaving Spock's Beard.

While both Genesis and Marillion got over their respective changes of face pretty quickly (albeit in very different ways), the same cannot be said of Spock's Beard.

It's not that NDV isn't a capable singer, or that Feel Euphoria, Octane and, especially, Spock's Beard weren't nice enough albums. Also, the Beard continued to kick ass on stage, as evidenced on their latest DVD release. All in all, the new Neal-less incarnation of the Beard was a pretty cool band.

But the Beard plus Neal wasn't just a pretty cool band. They were damn near perfect. They weren't the most original band under the great big prog sun, but damn if they weren't brilliant. Complex and compelling, excelling in both long and short form, melodic, weird, exhilarating, rocking-your-socks-off and so incredibly fun. The old SB albums are filled to the brim with joyful love of music, always simultaneously causing goosebumps and bringing a smile to my face.

In recent years, while Neal is out there doing his thing for the Glory of the Lord, his composing quality was sorely missed at the Beard. As much as I hate to say it, the absence of Neal continued to be a problem throughout those last three albums. The once-mighty Beard had become The Band of The Guy Who Isn't There.

Enter the X

So here's the tenth Spock's Beard album, simply called X (mirroring the title of their fifth - V). They did the Marillion thing - they funded its release with pre-orders. And they don't just list the people who pre-bought it in the liner notes, no, they actually sing them. More on that later.

Now, here's the thing about SBX: it is very, very good.

It is, in fact, so good that the absence of you-know-who isn't a problem anymore.

Allow me to elaborate. In retrospect, what the previous three albums were lacking was consistency. There were plenty of highlights (case in point: On A Perfect Day, The Bottom Line, Ghosts of Autumn, The Planet's Hum et al), but plenty of mediocre songs as well (Sometimes They Stay, Sometimes They Go, Feel Euphoria, The Slow Crash Landing Man) and the so-called "epics" were very fragmented and didn't feel at all. All in all, SB wasn't sure what it wanted to be; a prog monster, a hard rock band, a pop group?

Song by song

We'll leave that question hanging for the moment: let's dive into our subject proper. The first notes of opener Edge Of The In-Between just scream "Warning! Incoming epic!" before moving into a very uplifting tune with a lovely sing-along chorus. True to its intro, things don't stay in one place. We also get a rockier and a slower section before the ten-minute piece closes on a neat book-end return to the main theme. As always, a very impressive opener.

Quietly, it seems bassist Dave Meros has taken over the unofficial leader's position in the band. Along with his writing buddy John Boegehold, he is responsible for half of the album. As well as the opening tune, their contributions include the brutally rocking The Quiet House (which also happens to include the nicest "quiet bit" found on this album), the haunting, cinematic Their Names Escape Me (which includes a long list of names in the lyrics - the ones who pre-ordered the premium package - it does get a tad bit tedious but the music keeps it going) and the ending song Jaws Of Heaven, which I will get back to.

Guitarist Alan Morse contributes The Emperor's Clothes and The Man Behind the Curtain. Both are upbeat, cheerful and slightly quirky (in a good way - wouldn't be SB without it!) songs. The former was actually done in collaboration with little brother Neal himself. It's good to know they're still on good terms.

Keyboardist Ryo Okumoto provides us with Kamikaze. Just like its creator, it is short, unpredictable, highly Japanese and batshit insane. It is what it is, just a goofy little instrumental.

NDV's contribution is the 16-minute From The Darkness. It's length belies its fairly straightforward nature. There's no pompous beginning here; it gets straight down to business and moves through its four parts with little fuss. Like Nick's previous compositions, it is fairly fragmented, but it's a good listen and the transitions work well. And it rocks pretty hard.

And then, there's Jaws Of Heaven. This is it: the true epic we have all been waiting for. It starts off small, but it gets really big. It's a heavyweight symphonic masterpiece with an impressive theme that keeps popping up in all the right ways. Nick's singing really shines here. The guy has a great, versatile voice and, being a drummer, a particularly good sense of timing. Jaws of Heaven closes the album on a high but surprisingly dark and mature note. Great stuff.

Verdict

"X" has no weak songs on it. Unlike its predecessors, it is of very consistent quality. The album's highlights are many and carry the whole album to a higher level, making the whole just a bit more than the sum of its parts. If the previous three albums were puzzles trying to find their missing piece, all pieces fall together perfectly on this superb album.

Answering the above question to what Spock's Beard wants to be, one could say they have firmly and happily elected the "prog monster" option. And that's what we all want to be hearing from Spock's Beard in the first place. The whole album breathes finely crafted progressive rock without sounding too much like something that Neal Morse could cook up in about ten minutes. "X" is easily the best SB album sans Neal, and pretty much one of the best SB albums overall.

So, finally, the Mighty Beard are once again their own band. I would like to give SBX a big thumbs up. All prog fans out there who have become disillusioned by SB's recent output (such as myself) will be pleasantly surprised. Kudos!

donderdag 15 april 2010

Tijd voor MAX

Maandag 12 april 2010 werd een nieuwe mediaster geboren. Luuk van der Duim maakte live zijn opwachting op de Nederlandse televisie. Niels was erbij.

Ik had gehoopt dat we een beetje aandacht konden genereren voor het nieuwe stuk van Toneel PHTUK, De Huistiran van Godfried Bomans. Maar dat we de landelijke televisie zouden halen had niemand vermoed. Ik wist al van het stukje in de Telegraaf; de krant maakte melding van Luuk's zoektocht naar veteranen die in 1940 de oorspronkelijke uitvoering van De Huistiran zagen. Luuk wil de ervaringen van de veteranen – minstens 88 jaar moeten ze zijn – verwerken in het stuk (dat overigens in het geheel niet over de dreigende oorlog gaat).

Compleet verrast ben ik dan ook als ik maandagochtend door Luuk word gebeld. Naar aanleiding van het krantenartikel is hij uitgenodigd door omroep MAX om die middag te verschijnen in de live-talkshow Tijd voor MAX. Of ik mee wil naar Hilversum.

Ik moet mijn schema wat overhoop gooien, maar zoiets wil je natuurlijk meemaken.

Een lange treinreis later staan we – Luuk, Vicky en ik – in het Mekka van de Linkse Hobby: het Mediapark. Studio 21 is enorm. Lange, brede gangen voeren ons langs werkplaatsen, veel vrolijke posters van shows en beroemdheden, en eindeloze opslagplaatsen achter zwarte gordijnen. Af en toe vangen we een glimp op van de stapels bizarre rekwisieten en decorstukken die er liggen. Waar ze voor dienen, of ooit voor gediend hebben, Joost mag het weten. En dat dit Studio 21 is impliceert dat er nog minstens twintig van dit soort gebouwen zijn. Druk is het er overigens niet.

Niet iedereen die bij MAX werkt is oud. Onze gastvrouw is in de veertig, en verder wordt de redactieruimte bevolkt door net afgestudeerde communicatiemeisjes. Naast de redactieruimte zijn de kleedkamers. Die met het opschrift "Luuk van der Duim" bevindt zich tussen die met "Martine van Os" en die met "Jörgen Raymann", de bekende gast van vandaag.

Luuk zal helemaal aan het begin van het programma, in het blokje "In Het Nieuws", kort vertellen over zijn zoektocht naar veteranen. Omdat er voor Vicky en mij geen plaats meer is in het publiek (bovendien is het publiek wél 50+ en zouden we uit de toon vallen) blijven we in de redactieruimte. Daar is een bankstel met een grote TV, waarop we de uitzending kunnen bekijken die in de studio naast ons live wordt opgenomen.

We zitten op de bank naast een oudere, geblondeerde en gebruinde dame met een zonnebril in het haar. Desgevraagd vertelt ze met enige trots dat zij verantwoordelijk is voor het segment "Vrienden van Vroeger", elke maandag in Tijd voor MAX. Dat is precies wat het lijkt: ze brengt oude vrienden die het contact hebben verloren weer bij elkaar. Achter ons zit Jörgen Raymann aan een tafeltje te praten met een jonge redacteur, de enige jongeman die hier blijkbaar werkt.

Reclame op Nederland 2. Luuk, Raymann en de presentatoren verdwijnen naar de studio. Om 17:35 begint Tijd voor MAX, live vanuit Hilversum. De presentatoren bespreken het nieuws van de dag, en daar verschijnt Luuk op TV. Zijn kop past er helemaal op. Rustig en charmant vertelt hij zijn verhaal, bij vlagen met een glunderende glimlach. Meer dan 350.000 mensen zien hem op dat moment. Daar zit vast wel iemand tussen die het stuk gezien heeft, en Luuk inspireert – zoals hij dat nu eenmaal doet – alle goodwill van de wereld. A star is born, denk ik onwillekeurig.

Tijd voor MAX is een heel degelijk programma. Twee hele degelijke presentatoren: Martine van Os en Sybrand Niessen. Na het blokje "In Het Nieuws", met Luuk dus als item, werd er wat gekwebbeld met Raymann, die een paar keurige grapjes maakte waar het publiek keurig om lachte. Daarna kwam er een zeldzaam specimen van het soort "succesvolle allochtoon" in het programma, om te vertellen dat het dus wél kan, succesvol allochtoon zijn.
Het prijsnummer van het programma is dan toch "Vrienden van Vroeger", waarin een oude vrouw een al even rimpelige jeugdvriendin van de Katholieke kostschool na jaren weer terugziet. Zorgeloze feelgood-televisie, en het enige waaruit je als leek op zou kunnen maken dat het toch echt om een ouderenomroep gaat.
Nog een blokje gekwebbel en een mopje muziek later is het programma weer ten einde. We worden bedankt en Luuk krijgt een fles wijn mee.

Vicky en ik zoeken de studio op; ze wil graag met Sybrand Niessen op de foto. Dat gebeurt, en ook Raymann wordt op de foto gezet. We praten met gasten en redacteurs over Toneel PHTUK en de voorstelling. Men wenst ons succes. Dan is het voorbij.

Mijn moeder belt. Ze heeft gekeken. Ze vond dat hij het goed deed en er goed uitzag, en of we die van Raymann is Laat ook hebben gezien.

In de trein bij Amersfoort wordt Luuk gebeld. De eerste veteraan heeft zich gemeld. Hij is 92, woont in Twente en gaat nog elke week badmintonnen. Ja, hij heeft De Huistiran gezien in 1940. Ja, hij kan het zich nog herinneren. Ja, hij heeft er een mening over. Even zijn we een mediafenomeen. Toneel PHTUK, Bekend Van TV.

vrijdag 4 september 2009

Bizarre muziekinstrumenten (3)

Vandaag trekken we weer een blik open van het eigenaardigste wat de wondere wereld van de muziekinstrumenten ons te bieden heeft.

De Lego-klavecimbel



Link (met geluid)

Mensen met te veel vrije tijd. Zonder die lui zou je lang niet zo veel leuke Bizarre Muziekinstrumenten hebben. En hier heeft veel tijd ingezeten: een klavecimbel, gemaakt van Lego. En hij werkt! Ieder klein onderdeeltje (behalve de snaren) is van Lego, tot de hefboompjes aan toe. Hij geeft veel nevengeluid, maar hij is bespeelbaar! Twee jaar heeft de bouwer eraan gewerkt.

De Auto



Filmpje

Vorige week de fiets, nu de auto. James May, die rustige uit Top Gear, maakt in het filmpje de tune van het programma na met het geluid van verschillende automotoren (de kwaliteit is soms niet zo goed, maar de belangrijkste punten staan erop). De reactie van zijn medepresentatoren is... in ieder geval enthousiast. Bedankt, Rieks, voor de suggestie.

De Draailier



Filmpje

Eigenlijk is de Engelse naam mooier: Hurdy-Gurdy. Dit wonderschone instrument is een soort viool waarbij de snaren niet door een stok, maar door een draaiend wiel worden gestreken. Knoppen aan de zijkant maken vervolgens de snaren korter of langer, zodat je melodie krijgt. Je komt het instrument veel tegen in Franse en Hongaarse volksmuziek. Het geluid lijkt vreemd genoeg nog het meest op dat van een doedelzak.

De Serpent



Filmpje (muziek vanaf 2:45)

Ook al zo'n prachtig volksinstrument, ditmaal uit de renaissance. Het is duidelijk hoe dit ding aan zijn naam komt. Vanzelfsprekend familie van de hoorn en de tuba, maar nog moeilijker te spelen; het luistert erg nauw qua lipspanning. Daarom wat in onbruik geraakt. Maar wat mij betreft één van de mooiste muziekinstrumenten die hier zijn langsgekomen.

De Neusfluit



Filmpje

Wederom een verzoeknummertje van Rieks. Misschien ken je het neusfluitje wel in kleine variant. Maar de lange neusfluit is eigenlijk nog maller. Hij bestaat in varianten voor één of twee neusgaten. Tja, waarom ook niet. Wel goed schoonmaken!

De Kleinste Gitaar Ter Wereld



Hij is tien micrometer lang, gemaakt van silicone-kristallen en alleen zichtbaar met een fikse microscoop: de nano-gitaar! Hij is zo groot als een doorsnee cel, en gemaakt met geavanceerde middelen. De snaren zijn slechts 50 nanometer dik, dus de breedte van honderd atomen. En ja, je kunt er op spelen! Niet met de hand, natuurlijk, maar als je met een nano-laser de snaren aanslaat krijg je een trilling. Die is niet met het blote oor waarneembaar, helaas.

De Grootste Gitaar Ter Wereld



Filmpje 1
Filmpje 2
Filmpje 3

Wat de grootste gitaar ter wereld is, lijkt geen uitgemaakte zaak. The sky is the limit, lijkt het wel. In ieder geval moet je er nog wel op kunnen spelen. Het exemplaar op het plaatje schijnt echt de grootste te zijn, die in de eerste twee filmpjes kunnen nog worden bespeeld. En de derde is zo groot dat je er in kan.

zondag 17 mei 2009

Bizarre muziekinstrumenten (2)

Het is weer tijd voor een collectie vreemde muziekinstrumenten. Ditmaal de favoriete instrumenten van bekende en minder bekende artiesten, uitvinders en excentriekelingen.

Jean-Michel Jarre: De Laserharp



Filmpje

De elektro-muzikant Jean-Michel Jarre bespeelt, naast zijn enorme collectie synthesizers, een uniek instrument: de laserharp. Het apparaat detecteert het onderbreken van laserstralen en geeft zo een toon. Jarre schijnt het niet altijd live te spelen, maar het ziet er wel spectaculair uit. Zolang je er maar niet recht inkijkt.

Benjamin Franklin: De Glas-Armonica



Filmpje

Onder de uitvindingen van de beroemde zestiende-eeuwse schrijver, uitvinder en politicus Benjamin Franklin bevinden zich de bliksemafleider, de kilometerteller, de bifocale lens en de Verenigde Staten. Zijn favoriete uitvinding was echter een muziekinstrument, gebaseerd op het geluid van gewreven wijnglazen. Het bestaat uit draaiende glazen bollen, gevuld met water. Leg er een vochtige hand op, en je krijgt het geluid van trillend kristal. Hij noemde het de glas-armonica (géén harmonica).

Frank Zappa: De Fiets



Filmpje (1 van 4)

Ergens in de vroege jaren zestig was op de toen razend populaire TV-show van Steve Allen een rare snuiter te gast: een nog piepjonge en volslagen onbekende grapjas genaamd Frank Zappa - nog zonder snor en sik. Met een stalen gezicht liet hij zijn nieuwste muziekinstrument zien: de fiets. Te bespelen met mondstuk, drumstick en strijkstok. Zappa zou tot zijn dood in 1993 op virtuoze wijze geniale rockmuziek versmelten met droge humor.

Claude Leonetti: De Léode



Filmpje
In actie

Claude Leonetti van de Franse rockband Lazuli is na een verkeersongeluk verlamd geraakt aan zijn linkerhand. Om toch muziek te kunnen maken ontwikkelde hij de Léode, een instrument waarmee hij met links alleen maar knoppen in hoeft te drukken en met rechts over een fretboard gaat. Het is, net als de cricket bat en de laserharp, een MIDI-synthesizer. Overigens heeft Lazuli ook iemand in dienst die Warr-gitaar speelt.

Rick Nielsen: Het Vijfkoppig Monster



Rick Nielsen, de gitarist van Cheap Trick, staat bekend om zijn enorme collectie bizarre gitaren. Zijn meest beruchte is een exemplaar met maar liefst vijf nekken, die hij tijdens concerten onder luid gejuich omhangt voor de laatste toegift. En hij bespeelt ze allemaal!

Het Weense Groente-orkest




Filmpje

De komkommerfoon, de aubergine-castagnette, de preiviool, de wortelfluit en meer van dat soort dingen. Das erste Wiener Gemüseorchester maakt muziek met groenten. Het orkest bestaat uit elf muzikanten, een geluidsman en een kok: het gehele instrumentarium wordt na afloop van een concert met smaak door het publiek opgegeten.

De Mellotron



Filmpje, toen
Filmpje, nu

De Mellotron is een beroemdheid op zich. Deze wispelturige schoonheid was in de jaren zestig het eerste keyboard dat geluiden van andere instrumenten na kon doen, iets wat nu vrij normaal is. Het lijkt op een gewoon keyboard, maar je zal niet geloven hoe hij werkt: met cassettebandjes. Iedere toets in aangesloten op een stukje magnetische tape, die afspeelt als je de toets indrukt. In het filmpje wordt het uitgelegd. Een enorm gedoe om de tapes te wisselen, en bovendien gaat het apparaat vrij snel stuk. Toch is het een populair instrument onder retro-heads. Vooral het karakteristieke, warme koorgeluid wordt gewaardeerd.

dinsdag 5 mei 2009

Niels presenteert: Bizarre muziekinstumenten

Genoeg van paino, gitaar, dwarsfluit en harp? Te gewoontjes? Kijk maar eens naar deze apparaten; die had je vast nog niet.

De Contrabasfluit

Fluitjes, dat zijn toch hoge piepgeluidjes? Niet met dit apparaat. Ik vermoed dat dit muzikale afwateringssysteem is uitgevonden door een loodgieter. Met 15 klio nog net arbo-verantwoord. In tegenstelling tot...

De Octobas

Hij ziet er niet zo gek uit. Maar dat vrouwtje is in werkelijkheid twee meter tien. Dit instrument is zo groot dat je daadwerkelijk twee man nodig hebt om erop te spelen; één boven bij de hals en één beneden bij de brug. Hij haalt de C0, een noot van rond de 16 hz. Al bijna niet meer te horen. Maar wat je vast wel kan horen:

De Pyrofoon

Het geluid van de pyrofoon, of het vuurorgel, wordt geproduceerd door... explosies. Die worden gegenereerd in een soort interne verbrandingsmotor, en laten de lucht door de orgelpijpen lopen. Loopt op benzine; je moet er dus op een gegeven moment mee naar het tankstation.

De Warr-gitaar

Je kent de twaalfsnarige gitaar misschien wel, maar vast niet zo. Hij kan zowel rechtop gespeeld worden (als een cello) of horizontaal (als een gitaar), maar dat laatste ziet er vast niet uit. Het is de bedoeling dat de met twee handen op de frets tapt. Het lijkt me een helse klus om zo'n ding te stemmen. Een instrument waarbij dat niet hoeft:

De Cricket Bat

Steve Hogarth, zanger van Marillion, speelt, naast het zingen, toetsen, gitaar, bas, percussie en... cricket bat. Het ding is uitgehold en gevuld met MIDI-apparatuur. Met de knoppen op de body en het handvat (hals?) kan hij zo synthesizer spelen. Handig als je een beetje wil kunnen rondhupsen op het podium. Een andere nieuwerwetse uitvinding:

De Stylofoon

Dit grappige hebbedingetje uit de jaren zestig wordt bespeeld met een stylus. Het metalen pennetje zorgt ervoor dat het circuit wordt gesloten, waardoor je een toon krijgt. De meeste van deze dingen zijn verkocht als speelgoed, maar Kraftwerk schijnt ze echt gebruikt te hebben.

En dan nu de grote klassieker:

De Theremin

Eén van de beroemdste vreemde instrumenten - en je hoeft hem niet eens aan te raken. Hij werkt met een magnetisch veld. Door je hand op een bepaalde plek erbij in de buurt te houden krijg je een toon, die je van hoogte en intensiteit kan laten veranderen door je hand omhoog, omlaag en opzij te bewegen. Het karakteristieke WoooOOOooooOOOoo geluid blijft voor eeuwig verbonden aan slechte horror- en science-fiction films uit de jaren vijftig.

Ken jij nog bizarre instrumenten? Laat het weten in de comment!

maandag 20 april 2009

De wedergeboorte

Hallelujah.

Ik ben herboren. Een baby. Tabula rasa. Een asceet, een profeet. Diogenes, Boeddha en Rousseau in één.

Mijn computer was de afgelopen week geveld door een verschrikkelijk virus. Superheld Roy heeft dagen achtereen full-time gevochten om deze schurkachtige worm te verslaan, maar het mocht niet baten. Operatie search-and-destroy heeft gefaald. Er zat maar één ding op: abandon ship! De harde schijf moest leeg.

En leeg is -ie. Weg zijn alle half- en heelslachtige essays voor filosofie en de middelbare school, weg de spelletjes waar ik vijf jaar geleden aan werkte en die ik nooit durfde te verwijderen, weg alle afleveringen van Thunderbirds, The Muppet Show en Monty Python's Flying Circus. Weg ook zijn de opnamen van mijn liedjes, evenals het programma waarmee ik alles opnam.

Tot zover materialisme.

Dus nu zit ik achter een verse en ernstig snelle, lege computer. Een schone lei. Als jij ooit de kans kreeg om alles over te doen, wat zou je dan doen? Nou, ik heb die kans. Hallelujah.